EINDHOVEN – De plek tussen dak en goot, zo kun je de daklozenopvang aan de Fuutlaan in Eindhoven wel noemen. Het fraaie nieuwe onderkomen staat in schril contrast met de schrijnende verhalen van de bewoners en vaste bezoekers. ,,Niemand komt hier voor de lol.”

Klokslag 09.00 uur gaan de deuren open. Binnen ruimen medewerkers nog de laatste borden op die gebruikt werden voor het ontbijt van de vaste bewoners van de Fuutlaan, 25 daklozen die al in de molen richting een zelfstandig bestaan zitten. Nog voor de inloop voor de andere daklozen opent, zijn ze veelal al onderweg naar hun werk of andere dagbesteding.

Uit het hele land wordt er met belangstelling gekeken naar de Eindhovense daklozenopvang, gevestigd in een statig pand aan de Fuutlaan. Vooral vanwege de bijzondere samenwerking: op één locatie wordt er namelijk samengewerkt tussen Springplank, de gemeente en andere bij daklozen betrokken organisaties. Het grote voordeel is dat de lijntjes kort zijn.

Daklozen worden niet van het kastje naar de muur gestuurd, maar kunnen op dezelfde plek terecht voor opvang, de aanvraag van een uitkering, schuldhulpverlening en al hun andere vragen.

Daklozen poepen zelfs in tuinen

Aan de komst van de opvang in de chique villawijk ging een heftige strijd tussen Springplank 040 en de buurt vooraf. Een heel peloton van advocaten probeerde de opening te voorkomen, maar de instelling krijgt voorlopig het voordeel van de twijfel. De strijd is nog niet gestreden; sinds de opening overstelpen omwonenden de gemeente met klachten over overlast. Over drugsgebruik op straat, afval in de straten en daklozen die zelfs in de tuinen poepen.

Is die overlast echt zo groot, of dikken omwonenden de problemen aan om de gemeente te overtuigen dat de keuze voor de locatie een inschattingsfout was? Nassim Elhajoui heeft vandaag surveillancedienst als beveiliger. Het beeld van grote overlast dat door de buurt geschetst wordt, herkent hij niet.

,,Ik ben er vanaf de eerste dag en sindsdien wordt alle overlast in de buurt gekoppeld aan deze opvang. Ik zie foto’s voorbijkomen van mensen die hier nog nooit geweest zijn. Begrijp me niet verkeerd, er zullen zeker mensen zijn die overlast ervaren. Zeker als je hier recht tegenover woont is de impact groot. Maar het valt me vooral op dat de mensen die klagen, hier nog nooit geweest zijn.”

Voor het eerst in vier dagen weer een maaltijd

Dat de opvang een noodzakelijk kwaad is, werd de afgelopen weken weer pijnlijk duidelijk. De bedden op de Fuutlaan en de bedden in de andere twee opvanglocaties waren allemaal bezet. Voor meerdere daklozen moest zelfs in allerijl een hotelkamer geregeld worden.

Het valt me vooral op dat de mensen die klagen, hier nog nooit geweest zijn

Nassim Elhajoui, Beveiliger bij opvang

Een landelijk actieplan zet in op de bestrijding van dakloosheid, een aanpak die moet leiden tot nul daklozen in 2030. Maar de circa zevenhonderd postadressen op de Fuutlaan vertellen het echte verhaal. Want de bewoners en bezoekers van de opvang vormen slechts een topje van de ijsberg. Een veelvoud aan daklozen verblijft bij familie of vrienden, of gewoon op straat omdat hun eigen netwerk is uitgeput. Hun post wordt bezorgd bij de Fuutlaan.

Daklozen die tot voor kort vaak nog een normaal leven leidden, kunnen tegenwoordig door een relatiebreuk al in een desastreuze situatie terechtkomen. Dit overkwam ook Hans (42)*. Een week geleden lachte het leven hem nog toe, maar vandaag verorbert hij voor het eerst in vier dagen weer een echte maaltijd. Sinds zijn vriendin de stekker uit hun relatie trok, is hij dakloos. ,,Ik heb nooit gedacht dat mij dit kon overkomen, maar het kan snel gaan.”

Hans, ongeveer 2 meter lang, gekleed in een houthakkersblouse en gezegend met grote werkhanden. De afgelopen twee nachten wurmde dat lange lijf zich in een kleine Fiat 500. Waarin autorijden al een uitdaging is, laat staan slapen. En dus stapte Hans over zijn schaamte heen en meldde hij zich een uur geleden bij de opvang aan de Fuutlaan. ,,Ik moet vanavond bellen of er een plek is om te slapen.”

Gestopt met tellen bij 40.000 euro aan boetes

Slaap die Hans hard nodig heeft, want overdag moet hij als vrachtwagenchauffeur alert zijn. ,,Als het goed is, kan ik over tien dagen een chalet op een camping betrekken. Ik sta ook al tien jaar ingeschreven voor een huurwoning, dus hopelijk is dit tijdelijk. Maar voor nu ben ik blij dat er een plek als deze is.”

De drempel om je hier te melden is al heel groot. Dan is het fijn om je even terug te kunnen trekken

Bas, Medewerker Springplank

Voorheen belandden mensen zoals Hans op een slaapzaal. In een overvolle opvang zonder enige privacy of mogelijkheid om even tot rust te komen. En juist die rust is in de eerste dagen heel belangrijk, vertelt Springplank-medewerker Bas. ,,De drempel om je hier te melden is al heel groot. Dan is het fijn om je even terug te kunnen trekken.”

Door de verschillende betrokken organisaties te laten samenwerken, hoopt de gemeente de dakloosheid de komende tijd effectief terug te dringen. Waarbij vooral maatwerk van belang is, zo klinkt het bij de betrokkenen. Zoals Edwin die zich met het FIT-team (Flexibel Interventie Team van De Viersprong) richt op de meest kwetsbare doelgroep. Dit zijn daklozen bij wie een verslaving of banden met de criminaliteit een terugkeer in de samenleving bemoeilijken.

,,‘Het systeem’ helpt vaak ook niet”, stelt Edwin. ,,Er is vaak sprake van een opeenstapeling van problemen, vooral financieel. Dit zijn mensen die geen structuur hebben, maar van wie wel verwacht wordt dat ze zich aan afspraken houden. Voor een daklozenuitkering moeten ze zich iedere week melden. Doen ze dat niet, dan stopt de uitkering.”

,,Als ze op straat slapen, riskeren ze een boete van 160 euro. Die betalen ze natuurlijk niet en daarna volgt aanmaning op aanmaning, waardoor uiteindelijk een uitzichtloze situatie ontstaat. Tegen de tijd dat ze om hulp vragen, is het gigantisch uit de hand gelopen. Ik heb gevallen gehad waar we bij 40.000 euro aan boetes gestopt zijn met tellen.”

Hechte gemeenschap

Zover is het bij Yolanda (47)* nooit gekomen. Ze heeft geen verslaving, werkte jarenlang als verpleegkundige maar raakte een jaar geleden toch dakloos. Over die periode praat ze niet graag, ook om haar drie dochters wat uit de wind te houden. ,,Maar het is niet zo dat als je altijd netjes je huur betaalt, je niet alsnog dakloos kunt raken.”

Na een paar moeilijke maanden, werkt Yolanda inmiddels aan een terugkeer in de samenleving. ,,De drempel om me bij Springplank te melden was hoog, maar anders dan ik verwacht had, trof ik een hechte gemeenschap. Mensen die niks hebben, geven het laatste wat ze hebben weg aan anderen.”

Zelf probeert de Eindhovense iets terug te geven door overdag zwerfvuil op te ruimen in de buurt. ,,Ik ken de weerstand in de wijk en hoop zo een positieve invloed te hebben. Als ik met omwonenden in gesprek raak, zijn ze vaak verbaasd dat ik dakloos ben.”

Het verhaal van Mark* is vergelijkbaar. De veertiger woonde de afgelopen twintig jaar op Cyprus. ,,Ik had een eigen huis, meerdere auto’s voor de deur, een zwembad en drie kinderen. En toen was de relatie klaar en stond ik op straat. Nooit verwacht, maar toch gebeurd. In overleg met mijn vader ben ik terug naar Nederland gekomen. Ik ben meteen naar Randstad gegaan en werk inmiddels bij een fabriek achter de lopende band. Een ideale situatie? Nee, maar ik heb wel mijn trots. Niemand is erbij geholpen als ik in een hoekje ga zitten huilen. Je hebt goede en slechte dagen in het leven. Die moet je pakken zoals ze komen.”

 

 

‘Beste manier om jou te helpen is door je niet te helpen’

Van wie op de Fuutlaan verblijft, wordt een zinnige dagbesteding verwacht. Door werk, vrijwilligerswerk of op de locatie zelf. Zo kwam Boaz in de keuken terecht, waar hij samen met een paar andere daklozen dagelijks de maaltijden verzorgt. Op het fornuis staat een enorme pan nasi klaar voor de bezoekers van de inloop. En omdat het Wereld Daklozendag is, ook een boterkoek voor in de oven.

Boaz is een succesverhaal, zoals ze dat bij Springplank noemen. Tot zeven maanden geleden stond zijn leven in het teken van gamen, wiet roken en drinken. ,,Ik had een eigen woning bij het Wilhelminaplein maar toen ik stopte met werken, had ik ook geen inkomsten meer. Ik heb alles verkocht maar toen ook dat geld op was, werd ik op straat gezet.”

Terugvallen op vrienden en familie was lastig. ,,Een verslaving is destructief voor je leven. Je komt afspraken niet na en op den duur zijn mensen daar klaar mee. Mijn moeder zei: ‘De beste manier om jou te helpen is door je niet te helpen’. Dat komt wel even binnen, maar ze had wel gelijk.”

Geld verdien ik door te dealen en te stelen. Ben er niet trots op maar ik moet toch wat

Antonio, , Dakloze

Springplank heeft zijn leven gered, vervolgt Boaz. ,,Ik ben clean en hoop hier binnenkort betaald werk te krijgen. En ja, daar ben ik best trots op.” Bang voor een terugval is hij niet. ,,Daar helpt mijn werk hier ook bij. De hele dag word ik hier geconfronteerd met het leven dat ik niet meer wil. Ik hoop dat anderen mij als een voorbeeld zien van hoe het ook kan.”

Zover als Boaz is Antonio nog niet. De Eindhovenaar zag zijn relatie vijf jaar geleden stranden en de dagen op straat zijn hem slecht bekomen. ,,Ik ben nu een tijd clean, maar heb een hoop drugs gebruikt. Vooral coke. In het begin sliep ik in een tentje, maar sinds de gemeente dat heeft weggehaald, heb ik alleen nog een sheltersuit. Geld verdien ik door te dealen en te stelen. Vlees bij de AH en dat gooien we dan buiten op de barbecue. Ben er niet trots op, maar ik moet toch wat.”

Het gemak waarmee Antonio erover vertelt, is opvallend. ,,De schaamte ben ik allang voorbij. Het is niet dat ik niet anders zou willen hoor. Een eigen huis, een baan… graag, maar dan heb ik wel hulp nodig. Een steun in de rug.”

Worsteling van Antonio

Het succesverhaal van Boaz en de worsteling van Antonio. Het zijn verhalen die naast elkaar bestaan op de Fuutlaan. Waar een tafeltje met foto’s van overleden daklozen bezoekers dagelijks met hun neus op de realiteit drukt. ,,De afgelopen weken kwamen er weer vier bij”, vertelt Bas van Springplank. ,,Als de blaadjes beginnen te vallen, volgt er altijd een moeilijke periode. Maar vier in een paar weken, daar schrikken wij ook van.”

Persoonlijke drama’s die ze bij Springplank proberen te voorkomen door nieuwe bezoekers een ‘warm welkom’ te geven. ,,En ze tegelijkertijd duidelijk te maken dat ze een probleem hebben en hulp nodig hebben”, aldus Bas. ,,Dat begint met een intake, waarbij iemands situatie in kaart wordt gebracht. Een postadres aanvragen is zo geregeld, maar een nieuw identiteitsbewijs weer lastiger. Ze hebben er geen geld voor en wij mogen het ook niet betalen. Dus dan moeten ze naar de kerk die hiervoor een potje heeft.”

Gedwongen tot heroïnesmokkel

Alles is er uiteindelijk op gericht om iemand zo snel mogelijk in een traject richting zelfstandigheid te krijgen. Het streven is een week of twee maar in de praktijk duurt het langer. Vooral omdat er een groot tekort is aan doorstroomwoningen. Daklozen verblijven dus langer in de opvang. Waar ze veel vrijheid hebben maar zich ook moeten houden aan de regels. Wie ’s avonds niet op komt dagen, is zijn kamer kwijt.

Als er ergens schurft heerst, is deze groep vaak als eerste aan de beurt

Peter Meulesteen, , Straatarts

Op een kantoortje in een bijgebouw draait straatarts Peter Meulesteen zoals iedere donderdag zijn spreekuur. ,,Het is volle bak vandaag”, vertelt hij. ,,Mensen met chronische ziektes, zoals diabetes, maar ook veel verwaarloosde wonden. Als er ergens schurft heerst, is deze groep vaak als eerste aan de beurt. En veel mensen hebben natuurlijk ook psychische problemen. Die kunnen terecht bij onze praktijkondersteuner GGZ. Het is fijn dat we hier een eigen ruimte hebben.”

Om 17.00 uur sluit de inloop en zijn alleen nog de daklozen met een kamer boven nog welkom. Het is ook het moment dat het grote tijdrekken begint. Celine heeft op de valreep nog een bakje ijs geregeld en lepelt dit zo langzaam mogelijk naar binnen.

Zonder enige terughoudendheid vertelt ze ondertussen over haar bewogen leven. Over haar vriend die onlangs om het leven kwam, het misbruik dat ze onderging als kind en de verkeerde vrienden die haar lot bezegelden. ,,Ik had een oudere vriend die me in de prostitutie dwong en ik heb vastgezeten in Amerika. Ik moest voor iemand een kilo wiet smokkelen maar dat bleek vier kilo heroïne.”

Met lichte dwang wordt Celine naar de uitgang gedirigeerd. Met een van pijn vertrokken gezicht verlaat ze het pand. Het leven op straat is voelbaar tot in haar botten, toch verkiest ze het boven een warme kamer omdat de regels in de opvang haar verstikken. De rust in de opvang is van korte duur, want al snel melden zich de bewoners. Die na een werkdag aanschuiven voor de tweede shift nasi van die dag.

Bronnen uitgeput

Een andere groep, zo is meteen duidelijk. Op de stoel waar een kwartier eerder Celine nog vertelde over een leven vol drugs en betaalde seks, zit nu Vincent*. Pas 33, om door een ringetje te halen maar net zo goed dakloos. Ook in zijn geval was een relatiebreuk het begin van een dakloos bestaan. ,,Ik heb nog wel even onderdak gehad bij vrienden, maar op een gegeven moment zijn ook die bronnen uitgeput.”

De zomer bracht Vincent grotendeels door op straat. ,,Op plekken waar andere daklozen werden weggestuurd, maar waar ik vriendelijk werd gegroet. Ik dakloos? Dat verwacht niemand. Overdag zocht ik plekken om te slapen, want in de nacht durfde ik dat niet. Ik heb eindeloos door de straten gedwaald. Het is overleven en hopen dat je niks overkomt. Dat klinkt hard, maar het is de realiteit. Ik kan alleen maar hopen op betere tijden.”